Routekaart Energieneutraal
In juli 2017 heeft de gemeenteraad de routekaart Ede energieneutraal ter informatie van het college ontvangen. Tijdens een informatieve bijeenkomst van 11 januari j.l. is door een aantal raadsleden aangegeven dat zij het op prijs zouden stellen als de routekaart nog in de huidige raadsperiode zal worden vastgesteld,dus voor de verkiezingen van a.s. maart. Vanavond spraken we er in de raad oordeelvormend over (debat) en op donderdag 8 juli a.s. zal hij als het goed is worden vastgesteld. Lees hieronder de bijdrage van ons raadslid Peter Jansen tijdens het debat van vanavond.
Voorzitter,
Vanavond ligt de Routekaart Ede Energieneutraal ter bespreking voor. We hebben met instemming kennisgenomen van het feit dat niet alleen gefocust wordt op elektriciteit en warmte, maar dat er ook ingezet wordt op een duurzaam mobiliteitsbeleid. Het hoeft geen betoog dat wij als ChristenUnie de fiets zien als goed binnenstedelijk alternatief voor de auto.
1.) Ambitie
De Routekaart laat zien dat we als Ede voor een flinke uitdaging staan. Een groot aantal maatregelen is nodig om in 2050 energieneutraal te zijn. In het raadsvoorstel lezen we dat de doelstelling van Ede energieneutraal overeenkomstig is met de landelijke doelstelling. We begrijpen dat de omvang van de opgave groot is, maar past een landelijke doestelling als maatstaf wel bij een ambitieus duurzaamheidsbeleid, zoals Ede dat zegt voor te staan? Zoals in ons Verkiezingsprogramma 2018-2022 te lezen valt zouden wij als ChristenUnie er voorstander van zijn als de gemeente met woningcorporaties, netbeheerders, buurtorganisaties, energiecoöperaties en andere relevante partijen een plan uitgewerkt waarmee álle wijken en buurten voor 2035 energie-neutraal zijn (pg. 30). Graag een toelichting waarom het college zo op het eerste gezicht middelmatig is in haar ambitie.
De wethouder geeft aan dat om de gestelde doelen in 2050 te halen op alle fronten de zeilen moeten worden bijgezet. Door tussentijdse evaluatie kan gekeken worden of de gemeente op koers zit en kan waar nodig versneld worden.
2.) Leges
Apeldoorn heeft er voor gekozen om minder leges te vragen om een aanleg van een zonnepark mogelijk te maken. De Routekaart spreekt ook over de aanleg van zonnevelden. Nu heb ik begrepen dat wij in Ede een getrapt systeem kennen, waarbij je procentueel minder betaald als je een grotere bouwsom hebt. Toch wordt er bij een grote bouwsom aardig wat geld gevraagd.
Ter illustratie: indien de bouwkosten meer dan € 500.000 bedragen € 11.175,00, vermeerderd met € 7,76 voor elke € 500,00 boven € 500.000,00 met dien verstande dat niet meer dan € 250.000,00 verschuldigd is.
Is het college bereid om bij duurzame initiatieven haar leges-beleid aan te passen? Bijvoorbeeld in plaats van een bepaald percentage de werkelijke kosten te rekenen. Of bij grote duurzame energieprojecten, zoals zonneparken en windmolens, te maximeren op € 10.000,00? Dit soort verlagingen zijn van groot belang voor o.a. een energie coöperatie. Graag een reactie van de wethouder.
Korting geven op leges is volgens de wethouder wettelijk niet mogelijk, dat zou een verkapte vorm van subsidie zijn. In principes is het systeem in Ede kostendekkend: bij grotere projecten wordt meer gevraagd om kleiner projecten niet met hoge kosten op te zadelen.
3.) Biomassa
In de Routekaart wordt een scherpzinnig onderscheid gemaakt tussen energieneutraal en klimaatneutraal. Energieneutraal is niet namelijk niet vanzelfsprekend schoon. Een warmtenet op basis van biomassa is niet vanzelfsprekend klimaatneutraal. We hebben er de achterliggende tijd met veel partijen over gesproken. De meningen zijn verdeeld. Maar zoals de Routekaart aangeeft: op het gebied van warmte ligt er een grote uitdaging. Willen we naar een fossiel-vrije samenleving en kunnen voorzien in de warmtebehoefte, is biomassa mogelijk op dit moment de minst slechte optie. Oftewel – en nu citeer ik uit het Verkiezingsprogramma van GroenLinks – “het warmtenet in Ede zien we als een tussenfase in de overgang naar volledig duurzame energie. Het koppelen van het warmtenet aan schone energiebronnen is op termijn te prefereren boven de verbranding van snoeiafval” (pg. 10). Een paar aandachtspunten:
- Het Edese systeem is voor een groot gedeelte gebaseerd op bestrijding van de Amerikaanse Vogelkers. Hoe flexibel is het Edese systeem? Kan er gemakkelijk over gestapt worden op andere invoedbronnen, zoals bijvoorbeeld restwarmte? Graag een reactie van de wethouder hierop. Er wordt in de Routekaart ook gesproken over de aanleg van klimaatplantsoenen. Maar in de stappenplan behorend bij de Routekaart zie ik dat nergens meer terug. Ook hier graag een reactie van de wethouder.
Volgende wethouder is er sprake van een transitie pad: streven is om uiteindelijk richting andere invoedbronnen dan snoeiafval te gaan. Het systeem is daar flexibel genoeg voor. Nadeel van bijvoorbeeld restwarmte is wel dat bedrijven geen garanties kunnen/willen geven om warmtetoevoer te garanderen, hetgeen nu met snoeiafval wel het geval is. Ook is geothermie duur, maar het warmtebedrijf is dit wel aan het onderzoeken. De mogelijkheden voor klimaatbossen wordt ook onderzocht.
- Bij verbranding stoot hout evenveel CO2 uit als het heeft opgenomen. Netto levert het verbranden van resthout dus geen extra CO2 op, zolang er maar een balans is tussen wat bijgroeit en wat er geoogst wordt, om de CO2 uitstoot weer op te nemen. Kan de wethouder aangeven hoe dit in Ede het geval is? M.a.w. is de CO2 cyclus in Ede rond?
Volgens de wethouder is de CO2 cyclus in Ede rond. Daarbij worden in Ede de reststromen lokaal benut, die anders naar Duitsland getransporteerd zouden moeten worden om verbrand te worden met een hogere CO2 transportemissies als gevolg.
- Voorzitter, een bouwer moet een duurzaamheidsnorm halen en een warmtenet aansluiting scoort goed in de systematiek; de bouwer kan daar in zekere zin mee besparen. Het schijnt zo te zijn dat de duurzaamheid van het groene warmtenet er voor zorgt dat bouwers/ontwikkelaas een zeer scherpe EPC-berekening kunnen hanteren. Weet de wethouder of dit in de Edese situatie resulteert in minder duurzame woningen met een hogere warmtevraag (dus minder geïsoleerde woningen)?
Dit is volgens de wethouder niet het geval. Daarbij is de bijtelling maar iets van 0,1 punt.
Tenslotte, in de wereld van meningen en opvattingen over biomassa je weg zoeken is een uitdaging. Op de website van de gemeente weinig informatie te vinden is over de Edese biomassa-situatie. Kan de wethouder toezeggen dat er binnen afzienbare tijd op de website van de gemeente informatie te vinden is over de Edese biomassa-situatie, inclusief toelichting waarom het warmtenet in Ede in de ogen van het college wel duurzaam is?
De wethouder zegt toe op de website meer informatie over de Edese biomassa-situatie te plaatsen.
Bijlage
Zie document 'biomassa in vijf vragen' voor meer achtergrondinformatie.
Peter Jansen,
E. peter.jansen@ede.nl