Twee moties om dakloosheid te verminderen aangenomen
Tijdens de laatste vergadering van de gemeenteraad van Ede zijn twee moties aangenomen om dakloosheid te verminderen. Deze moties, voorbereid door ChristenUnie Ede, kregen brede steun in de gemeenteraad. Raadslid Arie Barendrecht diende deze moties in.
Arie Barendrecht: ‘Ik ben blij dat mijn collega’s deze moties hebben ondersteund. Hierdoor wordt dakloosheid verminderd en kunnen we aan de slag met de specifieke opvangvoorziening Anders Wonen’.
De eerste motie richt zich op het concept ‘Anders Wonen’, een initiatief dat vaak is genoemd in gesprekken met diverse partijen in de gemeente en is opgenomen in de Woonzorgvisie 2024-2034. Het doel van deze motie is om met urgentie op zoek te gaan naar locaties voor ‘Anders Wonen’ met zes plekken in de gemeente Ede. Hiermee wordt beoogd een passende woonplek te bieden voor dak- en thuislozen die moeilijk in de maatschappij passen en vaak overlast veroorzaken. Dit concept biedt een prikkelarme omgeving die beter is voor zowel de gezondheid van de bewoners als die van buurtbewoners, waardoor begeleiders meer tijd kunnen besteden aan herstel en begeleiding.
De tweede motie heeft betrekking op het concept Housing First, een beproefd en succesvol model dat helpt bij het bevorderen van de uitstroom uit de Maatschappelijke Opvang. In de prestatieafspraken met Woonstede zijn al 10 plekken voor Housing First opgenomen, en deze afspraken worden momenteel geëvalueerd. De motie vraagt het college om de uitkomsten van deze evaluatie uiterlijk in het 3e kwartaal van 2024 te delen met de gemeenteraad en daarbij ook aan te geven op welke wijze het aantal plekken voor Housing First uitgebreid kan worden. Hiermee kan de doorstroom uit de Maatschappelijke Opvang verder worden bevorderd, zonder te hoeven wachten op nieuwe prestatieafspraken met Woonstede.
Arie Barendrecht: ‘Deze initiatieven zijn cruciaal voor het bieden van structurele oplossingen voor dakloosheid in onze gemeente. Ik kijk uit naar de verdere stappen die we kunnen zetten om deze voorzieningen zo snel mogelijk te realiseren.’
