Overleg met schoolbesturen over communicatie rond ouderbijdragen
Tijdens de besluitvormende vergadering van 22 september 2022 heeft raadslid Niek van den Brink mondelinge vragen gesteld over de vrijwillige ouderbijdrage op scholen. Kan de communicatie beter waardoor mensen zich niet verplicht voelen om te betalen als ze minder te besteden hebben? In dit artikel de bijdrage en vragen.
Op 9 september kopte het AD: “Nestas scholengroep stopt met vrijwillige ouderbijdrage: Het dagelijks leven is al duur genoeg”[1]. Deze scholengemeenschap in Zuid Holland zegt: “Hoewel de vrijwillige ouderbijdrage - de term zegt het al - niet verplicht is[2], ervoeren ouders dat in de praktijk vaak wel zo.” Ingegeven door de energiecrisis en inflatie besloot Nestas er helemaal mee te stoppen. “Het dagelijks leven is immers al duur genoeg.”
ChristenUnie Ede ziet dat het leven duur is geworden door de torenhoge inflatie. Gelukkig kennen we geen voorbeelden van kinderen die niet op schoolreisje mee mogen. Wel kennen wij verhalen van mensen die niet veel verdienen en zich tóch min of meer gedwongen voelen om de vrijwillige ouderbijdrage te betalen. Ook zijn er in het voortgezet onderwijs vaak uitjes, reizen, leermateriaal of excursies waarvoor een bijdrage gevraagd wordt. Voor ouders met weinig geld kan er schaamte of stress optreden als zij zelf speciale regelingen moeten aanvragen bij de school of bij de gemeente om hun kind de mogelijkheden te geven om volledig mee te kunnen doen. Ook kunnen kinderen sociale druk of uitsluiting ervaren.
Hoewel schoolbesturen primair verantwoordelijk zijn voor de communicatie rond de ouderbijdrages denken wij dat er een rol is weggelegd voor de wethouder onderwijs om het gesprek met schoolbesturen aan te gaan over dit thema. Daarom hebben wij de volgende vragen:
1. Herkent het college het beeld dat ouders – ondanks de vrijwilligheid van de ouderbijdrage – de druk kunnen ervaren om bij te moeten dragen aan schoolkosten?
2. Weet het college of er grote verschillen zijn bij Edese scholen als het gaat om bedragen voor de vrijwillige ouderbijdrage?
3. Wil het college met schoolbesturen in gesprek gaan om te kijken of de communicatie rond de vrijwillige ouderbijdrage en andere schoolkosten verbeterd kan worden zodat het gevoel van schaamte of sociale uitsluiting zoveel mogelijk beperkt kan worden?
4. Zo ja, wil het college de raad via een memo of memo’s op de hoogte houden van de opbrengst van deze gesprekken?
Reactie van de wethouder
De wethouder vindt de communicatie rond de ouderbijdrages een verantwoordelijkheid van de scholen zelf. Wel herkent hij het beeld dat de bijdrage voor sommige ouders moeilijk op te brengen valt. Ook ziet hij dat diverse scholen erover nadenken om met de vrijwillige ouderbijdrage te stoppen. De wethouder geeft aan bereid te zijn om met schoolbesturen te praten over dit onderwerp wanneer er een mogelijkheid voordoet. Er worden nu ook gesprekken met scholen gevoerd rond de signalering van armoede. Daar kan dit thema bij betrokken worden.